Molema Vof kent een lange geschiedenis in de molenbouw en restauratie.
Direct na het verlaten van de lagere school ging Albert Roemeling aan de slag bij zijn broer Wubbo Roemeling die een aannemersbedrijf had aan de Dwarslaan in Scheemda. Albert heeft tot zijn 18e jaar bij zijn broer gewerkt en heeft zo het Timmermans vak grondig geleerd. Daarna ging Albert aan de slag bij molenbouwer en restaurateur H. Wiersema welke gevestigd was aan de Hogeweg in Scheemda.
Al snel verwierf Roemeling de nodige papieren om zich zelfstandig te kunnen vestigen als timmerman-aannemer. Omdat er in Scheemda al twee aannemers gevestigd waren verhuisde Roemeling met zijn vrouw in 1942 naar Nieuw-Scheemda en werkten hier tot 1945, waarna ze terug verhuisden naar Scheemda. Ze kochten de stelmakerij van Harm Possel aan de Hogeweg waar Roemeling zelfstandig een molenmaker en aannemersbedrijf begon.
In 1957 kwam Roemeling zijn schoonzoon Cor Molema in het bedrijf. Molema is als vijftien jarige jongen als loodgieter begonnen maar liet zich snel omscholen tot timmerman. Op zijn 22e kwam Cor bij zijn schoonvader in dienst waar hij het molenmakersvak geleerd heeft. Een echte opleiding is er niet. In 1972 nam Molema het bedrijf van zijn schoonvader over. In 1994 werd het bedrijf uitgebreid met een ijzerafdelingen en kon er bij Molema de eerste stalen molenroede in eigen beheer gefabriceerd worden. Tot 1996 werd er gewerkt vanuit de werkplaats aan de Hogeweg in Scheemda.
In 1996 is het bedrijf verhuist naar het industrieterrein Eextahaven in Heiligerlee waar het bedrijf een nieuwe moderne werkplaats betrok.
De opvolging is gewaarborgd want in het zelfde jaar werd het bedrijf overgenomen door Erik Ufkes, en Molema zijn schoonzoon Guus Zantinga en zetten het vernootschap onder firma voort.